Het gebouw voor het schooltuinencomplex aan de rand van het Westerpark diende ter vervanging van het oude klaslokaal. Er moesten niet alleen een klaslokaal maar ook facilitaire ruimten en een overdekte buitenruimte die ook bruikbaar zou zijn voor lessen in worden opgenomen. De oude fundering is daarbij hergebruikt. Het ontwerp bestaat uit een hoofdvolume waarin de klas en de facilitaire ruimten liggen. De hal wordt er als een doos in geschoven. Het klaslokaal met de hoge zuidgevel is georiƫnteerd op de tuine. In de andere helft van het gebouw liggen achter de hal de facilitaire ruimten met onder de nok een zolder voor opslag. 's Winters functioneert de hal als een soort serre. 's Zomers kunnen de puien van de hal voor een groot deel opengezet worden, de hal kan dan gebruikt worden als buitenlokaal. Tegen het gebouw staat een waterbak waarin het water van het dak wordt opgevangen waarmee handen kunnen worden gewassen, laarzen gespoeld en gieters gevuld.
materiaal en constructie Het lesgebouw is met uitzondering van de vloer geheel van hout. De hoofdconstructie bestaat uit dragende wanden en spanten. Hier overheen liggen gordingen en dakplaten afgedekt met metallic gecoate aluminium golfplaten. In het op het zuiden georiƫnteerde dak is een zonnecollector opgenomen.